Door Asturië

Er zijn soms dagen dat je het allemaal heel mooi vind en het erg naar je zin hebt, maar geen idee wat je erover in je blog zou kunnen zetten. Er zijn ook dagen dat je meer ziet en beleeft dan je kwijt kan. Dat laatste hebben we de laatste paar dagen. Dus jullie moeten het doen met een paar impressies.

Na het monument dat we in de vorige blog beschreven droogte het op. We kwamen in het laatste dorpje waarvan we wisten dat we er boodschappen konden doen. De supermarkt was meer een klein buurtwinkeltje, maar de eigenaar was super aardig en bleek een jaar in Amsterdam gewoond te hebben. Hij had maar een paar woordjes Nederlands opgepikt en Engels sprak hij niet, dus hoe hij zich daar gered had begrepen wij niet. We kozen 1 van de 2 cafés die het dorpje rijk was min of meer op goed geluk, want tja waar laat je je door leiden bij zo iets? We namen 2 thee en 5 van de 6 hapjes die op de toonbank stonden en rekenenden 5 euro af! Dat viel goed in de smaak en we deden een 2e ronde; het was tenslotte iets over 12 en voor dat geld! Tegelijkertijd konden we zo nog wat beter opdrogen. Toen we zo’n beetje uitgegeten waren zagen we 2 vakantiefietsers voorbij komen en zij zagen ons ook, dus er werd enthousiast gezwaaid. Toen we even later opstapten zagen we ze zo’n 100 meter verderop bezig waren met het plakken van een band. Wij natuurlijk bij hen stoppen, hulp aanbieden en een praatje maken. Ze waren van Leipzig naar Marokko aan het fietsen en deden onderweg zo veel mogelijk mooie klimplekken aan. Ze hadden inmiddels 5000km gefietst en dit was hun eerste lekke band.. Dat ze dus ook klimspullen mee zeulden vonden wij dan weer het meest bijzondere aan hun verhaal. Afijn, ze hadden geen hulp nodig dus gingen wij vrij snel verder. De weg liep weer omhoog en we kwamen weer eens bij een stuwdam met -meer, dat wederom heel laag stond. We zagen zelfs restanten van huizen die, zo vertelde de campinghoudster van de camping aan het eind van het stuwmeer ons, normaal echt niet te zien zouden zijn. 

We zaten weer in een prachtig gebergte. De volgende dag waren we weer rond de lunch op de laatste plek waar we deze 3 dagen inkopen konden doen. Dat deden we dus eerst, om daarna een plekje te zoeken voor de lunch. Bleek dat we de boter op maakten en dat ff vergeten te zijn. En het was inmiddels na tweeën! Gelukkig bleek de supermarkt (meer het formaat van een “echte”) tegen alle Spaanse gebruiken in wel open tussen twee en vijf 🥵. Zo konden we onze weg vervolgen met de wetenschap dat we ook ons brood met boter konden beleggen. 

Na de volgende klim was het ineens een stuk groener! Een bord heette ons welkom in Asturië. Nu dus een grens die ook in landschap/natuur te herkennen is!

We wisten dat we 2 dagen geen camping zouden treffen en gingen ervan uit dat we zouden wildkamperen. Het dal was echter erg smal en we hadden de indruk dat we misschien wel in een natuurgebied zaten, waar het echt niet toegestaan is of toegelaten wordt. Het laatste dorp voor we wilden stoppen en waar we water zouden moeten inslaan bleek een café te hebben. Terwijl we ons colaatje dronken onderzochten we of er alternatieven waren in de buurt. Het hotel boven op de volgende heuvel nam (gelukkig achteraf) niet op, maar de eigenaar van de casa rural 2,5km na de afslag die we eigenlijk zouden moeten nemen wel en in half Spaans, half Engels (nou ja, eerder 5%) begreep hij dat we een nachtje in zijn appartement zouden willen en wij dat dat kon. Die laatste 5km waren heuvel af, dus we waren er in no time. Toen we het bord met de waarschuwing voor overstekende beren zagen wisten we zeker dat we de juiste beslissing hadden genomen.

We troffen we een verlaten boel aan. We belden nog maar eens op en meldden dat we er waren. Hij leek het te begrijpen, dus gingen we lekker op het bankje zitten om zijn komst af te wachten. Even later liep er een oud vrouwtje langs met een mand vol hazelnoten en even later een mand met appeltjes. Uit de bergen dachten we te begrijpen en ze gebaarde dat we er mochten nemen; niet 1 maar meer! Bescheiden als we waren namen we er dus ieder 2. Ze smaakten goed en we leven nog 😉. Intussen was er een auto aangekomen met mensen die er honing wilden kopen. Die gingen ook bellen en bleven wachten en kregen ook appeltjes… even later kwamen de eigenaren, een jong stel. Wij kregen een biertje terwijl ze de honingkopers gingen helpen. Nou was onze supermarkthoning net op, dus gebaarden we dat wij ook interesse hadden. Met hulp van Google translate maakten ze ons duidelijk dat ze helemaal “dedicated” zijn op bijen houden en producten maken en verkopen met de honing die ze produceren. Vooral de producten met pollen moesten we echt eens proberen: de één goed tegen ziekten en de andere voor de nachtrust. Zoals alle homeopathische middeltjes proefden we vooral alcohol. We beperkten ons dus tot het kopen van een pot honing. Het appartement was uitstekend en de honingzeep die er lag ook, dus die is de tas in gegaan!

In de volgende 90km zouden we 2500 hoogtemeters moeten maken. Vandaar dat we dat in 2 dagen gingen doen en dan nog zouden we beide dagen meer doen dan ooit eerder op deze reis… De appartementeigenaren kenden de regio goed en wisten ons te vertellen dat het plaatsje waar we dachten water te halen en een kampeerplek te zoeken een camperplek heeft waar we volgens hen prima de tent zouden kunnen opzetten. Eigenlijk trok ons dat niet, maar het gaf ook wel een gerust gevoel dat er in ieder geval iets mogelijk zou zijn. Die dag begon met een lange klim met 10% helling. De klim erna was minder stijl, maar nog veel langer en daarna volgende de ene 10% helling na de andere, al waren ze niet zo lang meer… Het was er overigens prachtig! De rotsen, rivieren, groene hellingen. Asturië onderscheid zich echt door het veel groener zijn dan de eerdere streken waar we in Spanje waren.

Hoewel het op deze foto niet zo goed over komt…

Gecombineerd met de zon en bijbehorende warmte zaten we goed op ons tandvlees toen we zo’n 3km voor het beoogde plaatsje een hotel-restaurant aangekondigd zagen. Een. colaatje en pauze konden we wel gebruiken, dus gingen we er heen. In het café werden ook streekproducten verkocht, waaronder de honing, pollen en jam van casa Martin, waar we die nacht sliepen. Tijdens de cola werden we het snel eens dat we liever daar de nacht wilden doorbrengen dan op een camperplaats. We stelden de man van het café via Google van onze wens op de hoogte. Die reageerde voor ons wat onduidelijk, maar we bleven geduldig zitten en een tijdje later kwam er een vrouw die kennelijk over het hotel ging. We meenden de prijs inclusief ontbijt te begrijpen die wij heel redelijk vonden en gebaarden van “si”, waarna ze ons naar de kamer begeleidde. De fiets mocht in de receptie staan, waar ook een soort tentoonstelling was over wij denken prehistorische nederzettingen in die plaats. Wat later werden we voorgesteld aan een Argentijnse jongen die daar werkte en goed Engels sprak en de rest van de avond hadden we geen communicatieproblemen meer. Hij vertelde dat zijn vader in dat dorp een huis geërfd had en opgeknapt om te verhuren en dat hij zodoende ook daar was en nu een carrière als kok hoopt te maken en in de keuken van dat hotel werkt.

Uitzicht vanaf onze hotelkamer

Goed uitgerust begonnen we de volgende dag aan het laatste stuk naar A Fonsagrada. Hoewel we nog 100 hoogtemeters meer zouden maken dan de dag ervoor (in 8km minder) kwamen we toch minder oververmoeid aan op de camping daar. De eerste rustdag gebruikten we om wat te wassen en vlak voor siesta (stress) deden we boodschappen. We hadden net besloten dat een 2e rustdag verstandig en fijn zou zijn toen het onweer losbarstte… Hagelstenen.. die springen grappig op! Het veld liep vol.. We stonden op een kleine verhoging, maar die bleek bij lange na niet toereikend! Slippers, bidons en flessen werden gebruikt om het water van het grondzeil te houden… We wilden toch al aardappel-bieten salade maken, dus heel erg was het niet dat het water tot halverwege de pannetjes kwam als we die op het gras zetten..

Net toen het door het tent- en tarpdoek heen begon te slaan stond de campingeigenaar bij onze tent om ons min of meer te sommeren in zijn kantine te komen zitten. Daar kregen we van zijn vrouw een flink glas rode wijn en aten we ons maaltje… om vervolgens (tot hun opluchting) te vragen of ze nog een cabin vrij hadden. Dat was gelukkig zo en zo zitten we nu in de zon dit verslag te schrijven in afwachting van de derde dag op rij dat het in de loop van de dag gaat onweren…

De dag na de nacht ervoor…. Ochtend in A Fonsagrada

Abonneer je hier op onze blog:

Abonneren

3 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *