De dag na ons bezoek aan Bergen was het ‘s ochtends vrijwel droog, zodat we lange tijd zonder regenkleding fietsten. Net toen we toe waren aan pauze zagen we een soort ijzerwaren handel met een cafeetje. We waren nog niet binnen of het barstte los. Zo wilden we niet buiten lunchen. We waren dan ook blij dat de dame die de zaak runde ook broodjes wilde klaarmaken. Halve bolletjes met een plak kaas en ham. Op een been kan een mens niet lopen, dus bestelden we er nog een paar. Ze begreep goed hoe we erbij zaten, dus toen we onze 2e beker thee op hadden zette ze de waterkoker maar op tafel.
Op hun website hadden we gezien dat de camping waar we heen wilden een tv kamer had en een keuken. Dat maakte dat we vol goede moed en in vol regenpak verder fietsten.
Op zo’n 12km van de camping zat nog een shoppingmall (de meeste winkels in dit land zitten in een mall), waar we inkopen wilden doen, maar eerst lonkte de pizzeria. Het was vier uur; second lunch of first diner zullen we maar zeggen. Rond half zeven kwamen we bij de camping aan. Een vriendelijke dame kwam ons verwelkomen en deelde mede dat de eigenaar op de naastgelegen veerdienst werkte en dat we de volgende dag, als we toch de pont namen, hem daar konden betalen…
We vonden op het grasje naast het servicegebouw een plekje voor onze tent en zetten alle bagage maar in het keukentje. En hingen voor het gemak ook gelijk onze natte kleding daar te drogen. En toen was het eigenlijk ook best fijn om daar te koken en te eten. Gelukkig waren er geen andere gasten met dezelfde behoefte, want het rook er stevig naar natte hond. Maar we hadden de volgende dag wel weer droge en warme kleren, wat het begin van weer een regenachtige dag toch een stuk makkelijker maakt. We deden het hopelijk juiste bedrag in de brievenbus van de eigenaar – stel dat er 2 ponten waren -. Maar Rolf bleek de controleur bij het oprijden van de pont en leek blij met de door ons gekozen oplossing.
De oversteek was niet lang, maar wel spannend. Het was zo mistig dat je op geen enkel moment beide kanten tegelijk kon zien, maar halverwege leek het even alsof er helemaal geen vaste wal was. Heel onwerkelijk.
Vanwege de nattigheid hadden we de I-Pad maar in de stuurtas gelaten, wat de eerdere dagen prima ging omdat er maar 1 weg was en die ene afslag best te onthouden viel. Nu reden we op de goed bewegwijzerde Nordsjøruta – de Noordzee route – waar op één cruciale plek een bordje ontbrak…. Zo fietsten we 5km een doodlopend schiereiland op. Bij een zeer pittoreske baai kwamen we erachter. Leuk om geweest te zijn, jammer van de extra kilo- en hoogtemeters. I-Pad toch maar in zijn waterdichte hoes gestoken.
Om onszelf te troosten stopten we op de weg terug bij een bakker om een paar lekkere broodjes te scoren. Toen we naar buiten stapten begon het weer eens heftig regenen, dus de broodjes met koffie aangevuld en ter plekke verorberd. Helaas, droog ging het niet meer worden, dus na de koffie toch maar door. Nu vonden we de pont zonder verdere missers. Deze pont zou er 40 minuten over doen wat ons gelegenheid gaf binnen te gaan zitten. De mensen na ons zouden zouden drijfnatte stoelen en plassen op de vloer aantreffen….
We hadden inmiddels een airbnb geboekt in Leirvik, 35Km verder; dat hadden we wel verdiend. We sneden hier en daar een bochtje van de route af om er wat sneller te zijn en aten nog maar eens pizza (Oscar kebab) om op te warmen en namen een pak soep mee uit de supermarkt. Dat was een gelukkige keuze, want we hadden gemist dat het appartement alleen een magnetron had – geen kookplaat!
De volgende dag was Tessel wat grieperig. We zouden al een rustdag houden en besloten nog een dagje extra te blijven. De eerste dag werden we s’ middags uitgenodigd voor koffie met cake. Tessel sliep net en zo ging Oscar alleen naar het tuinhuisje, waar hij enkele Engelse vrienden van gastvrouw Laila ontmoette en iets later ook dochter en schoonzoon. Het werd een plezierige middag (Tessel zegt: een dolle boel – zo werd er geschaterd) waarbij onze gereedschapsset nog mooi van pas kwam om de robotmaaier te repareren.
Toen we verder gingen, waren Tessel en het weer iets opgeknapt. We fietsten over 2 flinke bruggen naar het prachtige eiland Bømlo waar we net toen de enige bui van die dag losbarstte thee dronken in de koffie corner van een supermarkt. De regenkleding is die dag niet aan geweest en uiteindelijk zetten we de tent in Haugesund in de zon op, met uitzicht op de Noordzee.
Het is gek hoe de regen ons enerzijds dwingt om in het moment te zijn; plannen voortdurend aan te passen, gefocussed op de omgeving om veilig en zo comfortabel mogelijk te zijn en we ons tegelijk opgejaagd, bijna op de vlucht voelen. Het is vermoeiend. Tessels verkoudheid knapt maar niet echt op en in de hut waar we aankomen krijgt eerst Oscar en daarna ook Tessel een gemene buikgriep voor de kiezen. We zijn blij dat we binnen zijn, buiten waait het windkracht 7 en gutst het uit de lucht. We zijn de volgende ochtend te slap om naar een winkel te fietsen. We blijven dus ook hier een derde nacht. Oscar mag de auto van de campingeigenaar lenen om wat boodschappen te doen. Rijstwafels, maria-biscuit bouillon en een blikje worteltjes/doperwten voor oma’s befaamde ragout als het s avonds weer iets beter gaat. Maar… dan breekt de zon door en de komende dagen is het echt beter voorspeld. Betere tijden zijn in zicht.
Abonneer je hier op onze blog:
Abonneren
3 reacties
Beterschap. Hoop dat het betere weer zijn werk doet en jullie weer opknappen
Wat een nattigheid en avonturen. Fijn om te horen dat de Noren ook heel gezellig en gastvrij kunnen zijn.
Wat naar zo’n buikgriep!